Skip to main content
search

Trage Tocht Liempde – Wandelen langs de mooie Dommel

Trage Tocht Liempde

De klompenmaker in Liempde

Trage Tocht Liempde

Sint Janspontje

Trage Tocht Liempde

De Bergh

Trage Tocht Liempde

De Dommel

Trage Tocht Liempde

Rijsingen

Trage Tocht Liempde

Arbeid's Lust

Trage Tocht Liempde

De conceptroute van Trage Tocht start in de Brabantse plaats Liempde en duikt al snel het populierengebied in. Het gebied staat bekend om de productie van hout voor klompen, de bodem is goed voor populierenhout net als voor andere loofboomsoorten. Het is te zien aan de talrijke bomenkwekers in deze regio. Je wandelt door de Scheeken met rechte lijnen en een blokvormige verkaveling, wat broekontginning wordt genoemd. Het gebied is nat waarna door buurtschap De Bus en Kremselen vlakbij de plaats Boskant volgt en iets later het riviertje de Dommel die hier kronkelend en met zijtakken door het landschap stroomt. De wandeling gaat verder aan de noordzijde van de Dommel en passeert Rijsingen met mooie landelijke paadjes. Met Sint-Oedenrode in het zicht en door het gebied wat bekend staat om de Kienhoef volgt de route grotendeels de contouren van de Dommel. Langs het plaatsje Olland keer je langzaam via het Sint Janspontje weer terug naar beginpunt Liempde.

Trage Tocht Liempde bij het Sint Janspontje

De wandeling laat op een fantastische manier hoe mooi het populierengebied rond Liempde, Olland, Sint-Oedenrode en Boskant is. Hier dwars doorheen slingert de Dommel en de route laat mooie doorkijkjes zien, natte broekbossen, hoge akkers, hooilanden en dat alles in een zeer hoog percentage onverhard. De route verveelt nergens en achter elk bosje, meandertje en bocht verrast het landschap. Begin- en eindpunt is mooi, met langgevelboerderijen, het streekhuis en in de kiosk een prachtig geschilderd Mens erger je Niet. Het Sint Janspontje, Rijsingen en de Kienhoef zorgen voor een wandeling waar alles in zit.

Liempde

Liempde, Liemt in het Brabants, ligt in de Meierij van ‘s-Hertogenbosch en ligt in de directe schilderachtige omgeving van de Dommel. Naast de kern Liempde zijn er enkele gehuchten die ook tot de voormalige gemeente behoorden, te weten Vrilkhoven, Kasteren, Den Berg en Hezelaar. Liempde werd in de oudste documenten geschreven als: Lijmt, Lijmde, of Limde. Het kan als zodanig zijn ontstaan uit het Germaanse ‘lim’, wat leem of kalk betekent. Een andere verklaring is het eveneens Germaanse ‘lima’, wat ‘boomtak’ betekent, en Liempde dus: ‘plaats waar men voederloof sneed’ zou betekenen. De eerste verklaring is aannemelijker, mede gezien de leemrijke bodem. De eerste ontginningen vonden in de vroege middeleeuwen plaats op vruchtbare bosgronden langs de Dommel. Liempde is gelegen op een dekzandrug tussen de beekdalen van de Aa en Dommel. Rond de dekzandrug lagen drassige broekgronden, waarvan de hogere gedeelten gebruikt werden voor bewoning. Door de kleinschalige verkaveling, het patroon van zandpaden en kleine bosjes ontstond het typisch Meierijs landschap. Op de deels sterk leemachtige gronden rond Liempde werden vanaf 1750 veel populieren aangeplant. Tussen 1760 en 1780 vond de grootste toename van houtteelt plaats in de gemeenten Schijndel-Sint-Oedenrode-Udenhout en Veghel. Met de aanplant van populieren, het patroon van zandpaden en vochtige broekgronden ontstond op deze wijze het zo kenmerkende Meierijse ‘Peppellandschap’. Het dorp heeft een aantal rijks- en gemeentelijke monumenten waaronder een aantal oude langgevelboerderijen.

Trage Tocht Liempde bij ganzenbord in kiosk
Trage Tocht Liempde bij de kerk in Liempde

Populierengebied

Aan het eind van de middeleeuwen waren grote delen van Oost-Brabant door de voortgaande ontginningen boomarm. Kleine akkers met lage houtwallen en uitgestrekte heidevelden bepaalden het beeld. Dat er hier en daar nog wel bomen groeiden hield mede verband met het recht om op gemene grond langs de weg bomen te planten en te vellen, het zogenoemde voorpootrecht. Aan het eind van de zeventiende eeuw sloeg dit recht echter om in een plicht. De Raad van State in Den Haag probeerde de opbrengst van de houtschat, een belasting op gevelde bomen, te verhogen en verplichtte daarom enkele tientallen dorpen in de Meierij tot grootscheepse aanplant van bomen. Hierdoor nam de boombeplanting in de Meierij behoorlijk toe en ontstond het ‘peppellandschap’. Niet met eiken en beuken, zoals Den Haag had voorgeschreven, maar vooral met populieren, het meest nog van een uitheemse soort, geïmporteerd uit Noord-Amerika.

Trage Tocht Liempde in de Scheeken

Deze ‘Canadassen’ kregen de voorkeur kregen boven de inheemse Zwarte Populier vanwege de snelle groei en vooral door de geschiktheid voor de klompenmakerij. Halverwege de negentiende eeuw was een belangrijk deel van de Meierijse beroepsbevolking werkzaam als klompenmaker. Het was een echte exportproduct en  karrenvrachten klompen werden via Den Bosch naar Holland verscheept. In de twintigste eeuw werd de afzetmarkt voor klompen steeds slechter en zakte uiteindelijk helemaal in. Het populierenhout werd nog wel gebruikt om lucifers van te maken maar de populierenteelt stierf hierna een langzame dood.

Trage Tocht Liempde in de Scheeken

De Scheeken

Natuurgebied De Scheeken ligt bij kerkdorp Boskant, tussen Liempde en Sint-Oedenrode. De bodem bevat veel leem, waardoor het water niet makkelijk via de bodem wegsijpelt en het gebied erg nat is. In de Scheeken overheersen de rechte lijnen door een blokvormige verkaveling, wat broekontginning wordt genoemd. Het gebied was vroeger ‘gemengde grond’ en werd gebruikt door boerengemeenschappen uit Best, Liempde en Sint-Oedenrode. Tussen 1920 en 1935 werden veel hooilanden en hakhoutbosjes omgezet in populierenplantages. In De Scheeken is het populierenlandschap van de Meierij op zijn mooist. De Mortelen en De Scheeken vormen samen het hart van Het Groene Woud en zijn het grootste landschapsreservaat van Noord-Brabant. Het gebied is uniek door zijn kleinschaligheid.

Trage Tocht Liempde in de Scheeken

Uitkijktoren Sint-Oedenrode

Kunstenaar Lucas Lenglet heeft deze bijna 15 meter hoge toren ontworpen, in opdracht van Waterschap De Dommel en de Kunststichting Sint-Oedenrode. De toren staat in het beekdal van de Dommel, ten westen van de rioolwaterzuivering en hier heb je een mooi uitzicht over het oude cultuurlandschap gelegen aan de Dommel.

Trage Tocht Liempde bij uitkijktoren Sint-Oedenrode

De Dommel

De Dommel is meet 120 kilometer, waarvan 85 kilometer op Noord-Brabants grondgebied. Het is niet bekend wanneer de naam ‘Dommel’ ontstond. In het begin van achtste eeuw maakt Bisschop Willibrord melding van de rivier ‘Duthmala’. Dom, dud, dut of duth stamt mogelijk af van dutten of dodde wat riet of lisdodde betekent. Het tweede element, -mel stamt van het Oudnederlandse mala, wat dal of laagte betekent. De Dommel is een traag stromende laaglandbeek. De meeste zijbeken zijn inmiddels rechtgetrokken, maar een groot deel van de Dommel kronkelt nog mooi door het landschap. Tussen de buurtschap Kasteren en Olland bestaat het beekdal uit beemden dichtbij het water en uit bolle akkers die wat verder van de beek af, op de hogere gronden liggen. In de buitenbochten van de Dommel stroomt het water snel, waardoor de oever wordt uitgesleten. In de binnenbocht stroomt het water langzamer, waardoor er zand en leem wordt afgezet, waardoor deze geleidelijk aangroeit tot land. Tussen Sint-Oedenrode en Olland ligt een van de meanders van de Dommel waar je dit natuurlijke proces in de oevers goed kunt zien. Het is zo bijzonder dat het is uitgeroepen tot aardkundig monument, een monument dat is ontstaan door de werking van de elementen door de eeuwen heen.

Trage Tocht Liempde bij de Dommel
Trage Tocht Liempde bij de Dommel

Rijsingen

‘Ga de van Rooi naar Olland, dan kom de er doorheen ….’ Zo begint de website van het buurtschap Oud-Rijsingen. Het buurtschap ligt in het buitengebied van Sint-Oedenrode en heeft een hechte gemeenschapszin. Rond 1950 noemden de mensen van het buitengebied het centrum van Sint-Oedenrode ‘De Straat’. Ze gingen hier niet zo vaak naar toe want ze hadden hun eigen producten en daarnaast waren er kleine winkeltjes en straatventers die wat verkochten. Wie wel naar het centrum, ging met name naar de school of de kerk. Men koos hiervoor de kortste route te voet en dit werd een kerkepad, een voetpad langs weilanden en akkers. Wie vanaf Olland kwam of het buurtschap Rijsingen kwam, nam het kerkepad Rijsingen.

Trage Tocht Liempde bij Rijsingen

Kienhoef

De Kienehoef of ‘Arbeid’s Lust’ is een landgoed ten noordwesten van Sint-Oedenrode dat vernoemd is naar een zekere Jacob Kien, telg uit een belangrijke bestuurdersfamilie. Hij was een belangrijk man die eind 18e eeuw veel goederen en grond bezat. Deze was van 1763-1775 stadhouder van Peelland. Hij misbruikte zijn functie om stukken grond te bemachtigen, zoals enkele heidekampen (geïsoleerde akkerpercelen) op de Schijndelse Heide. Deze vormden de kern van een landgoed dat Arbeid’s Lust heette, om aan te geven dat deze grond enkel door middel van noeste arbeid enig profijt kon opleveren. Er werd een landgoed ingericht, een boerderij gebouwd en later ook een heerschapshuis, wat een zomerverblijf was.

Omstreeks 1850 werd een nieuwe hoeve gebouwd die in 1930 werd gemoderniseerd. In 1900 werd een woonhuis gebouwd. De eigenaar van de boerderij ging failliet in 1934 waarna de gemeente Sint-Oedenrode de grond kocht. Deze werd in delen verkocht, maar een deel bleef van de gemeente en werd omgevormd tot een recreatiepark. Hier vindt men een fraai wandelbos, een vijver, een parkaanleg en een kinderboerderij. In de omgeving van dit park is een kampeerterrein te vinden. De toegangspoort tot de hoeve werd tijdens de gevechten van september 1944 vernield en is in 2005 gereconstrueerd.

Trage Tocht Liempde bij de Kienhoef
Trage Tocht Liempde bij de Kienhoef

Olland en Den Bergh

Ollands ligt in het dal van de Dommel en de naam ‘Olland’ is mogelijk afgeleid van ‘Onlant’, wat ‘slechte grond’ betekent. Het akkercomplex ten zuiden van Olland draagt heel begrijpelijk al vele eeuwen in de volksmond de naam van ‘Den Bergh’. Het is hooggelegen aan een mooie meander van de Dommel. In een akte uit 1548-1552 staat vermeld dat dit gebied behoorde tot het bezit van het convent van Binderen en wordt het omschreven als ‘een stuck lants, gelegen tot Houthem, geheijten die Berch’. In het gebied zijn sporen van Romeinse bewoning aangetroffen. Vanaf het jaar 1000 vestigden zich in Olland weer boeren en jarenlang werd hier voor de ophoging van erven zand afgegraven.

Trage Tocht Liempde op De Bergh bij Olland
Trage Tocht Liempde bij de Dommel met zicht op Olland

Sint Janspontje

Vroeger kon je via een bruggetje van Liempde naar Kasteren langs de Kasterense Watermolen. Er lag een pontje over de Dommel waar tot begin negentiende eeuw de Sint-Janskapel stond. Nog tot 1955 zette de familie Koppens hier mensen over van Liempde naar Kasteren en weer terug. Wie van Kasteren kwam kon met een fluitsignaal aangeven dat hij overgezet wilde worden. Op 24 juni 2009, werd het vernieuwde Sint-Janspontje opnieuw in gebruik genomen. Het is genoemd naar de vroegere Sint-Janskapel en kreeg als motto mee: ‘Zin van mijn bestaan is heen en weer te gaan’.

Trage Tocht Liempde bij het Sint Janspontje

Kerkpad door Smalder

Wanneer er vroeger geen gewone weg tussen een woonplek en de kerk lag, nam men een kerkenpad. In Liempde lag vroeger ruim 2,5 kilometer aan kerkenpaden.  Het zijn onverharde paden die in strakke lijn richting kerktoren lopen. Het Kerkpad door Smalder werd vroeger gebruikt door de inwoners van het gehucht Kasteren. Met een ‘voetveer’ staken zij de Dommel over. Ze liepen naar de Liempdse parochiekerk die in 1827 wordt gesloopt. Hierna mochten de parochianen in de Liempse kerkschuur naar de kerk gaan. Het Kerkpad door Smalder liep via de Smalderse straat richting de schuurkerk, die in 1864 afbrandt.

Trage Tocht Liempde bij kerkpad door Smalder

Overzichtskaart

Foto's van deze wandeling

Kijk hier naar al mijn gelopen Trage Tochten

Leave a Reply

Close Menu
CHOOSE YOUR LANGUAGE