Trage Tocht Oeffelt
Wandelen door een kamertjeslandschap
Kenmerken
Lengte: 12,5 kilometer
Start- en eindpunt: Kerkplein Oeffelt
Landschap: Uiterwaarden, Maasheggen en rivier
Trage Tocht Oeffelt
Ik maak vandaag een wandeling met Rutger Burgers in de omgeving van Oeffelt in het meest noordoostelijke puntje van Noord-Brabant. De start van de route is bij de bijzondere kerk in Oeffelt, opgetrokken in mergelstenen, en gebouwd net na de bevrijding van de 2e W.O. De eerste honderd meter zijn voor mij nieuw. En waarom nieuw? Tegenover de kerk heb ik mijn geliefde Marianne gevonden, maar het pad langs de kerk is mij nooit opgevallen. Het is een toegang tot het opener gebied verder achter de kerk. Hier stroomt de Oeffeltsche Raam en meteen zie je al de winterdijk liggen. Op de dijk kijk je uit over het brede uiterwaarden- en Maasheggengebied. Het is zoals Rutger Burgers het noemde, een kamertjeslandschap. De Maasheggen zijn afscheidingen van percelen die hierdoor een heel besloten karakter hebben. Verder langs de Oeffeltsche Raam tot waar deze in de Maas stroomt. Dan langs je de binnenvaartschepen die over de Maas richting Sambeek en richting Grave varen. Aan de overkant van de Maas ligt hier het Genneperhuis en een maquette herinnert aan dit verdedigingshuis. Kronkelend tussen de Maasheggen, klappoortjes en hoge graspercelen bereik je het Veerhuis. Hier lag vroeger het veer naar de overkant in Gennep. Het is een mooie tussenstop waar je het scheepvaartverkeer op de Maas voorbij ziet komen. De route gaat verder naar de Oeffelter Meent met zandwegen maar ook kronkelende voetpaden. Dichtbij Beugen keren we terug richting Oeffelt en onderlangs de dijk naderen we langzaam de Vilt. Het is een oude Maasarm die nu bijzondere bloemen en vele vogels herbergt. Een vlonderpad zorgt ervoor dat we geen natte voeten krijgen. Er volgt nog een kort, dichtbegroeid bos waarna we over veldwegen teruglopen naar Oeffelt. Het laatste stukje is net zo verrassend als het begin. Een pad langs de Oeffeltsche Raam en over het kerkhof is het slotakkoord van een hele mooie wandeling vol besloten en toch afwisselende landschappen.
Mijn geliefde
Oeffelt is de plaats waar ik Marianne leerde kennen. Hoe vaak heb ik met haar in de Maasheggen gewandeld. In veertig jaar heb ik zowat elk hoekje gezien, met haar, met familieleden en met mijn schoonvader. Piet kon er lyrisch over vertellen, zijn Oeffelt en zijn Maas. Tijdens de wandelingen wist hij boeiend te vertellen van hoe hoog de Maas soms kwam, hoe hier gevochten is in de oorlog. En vooral hoe mooi het landschap hier is. Toch ontdekte ik vandaag gedeeltes in de Maasheggen die ik nog niet kende. Wandelen blijft steeds weer het ontdekken van nieuwe paden en het landschap.
Kamertjeslandschap
Een vertrouwd en intiem landschap, door opeenvolgende generaties met een subtiel gevoel voor de vormen en mogelijkheden van het terrein aangekleed. Dat typeert het kamertjeslandschap zoals we dat ook in de uiterwaarden bij Oeffelt zien. Het is gemaakt zonder vooropgezet plan van landgoedbezitter of tuinarchitect. Nee, daar waar het nodig was, werd een heg geplant. En als je er nu in rondloopt lijken het echt kamertjes, intiem en afgesloten. Toen voor het vee, nu voor de cultuurhistorie en de wandelaar.
Kraagroos
Langs een zandweg en richting waar de Oeffeltsche Raam in de Maas stroomt, zien we de kraagroos uitbundig groeien en bloeien. De kleinbloemige roos staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeer zeldzaam en zeer sterk in aantal afgenomen. De kraagroos is ook in Vlaanderen een zeer zeldzame plant, in het Maasgebied komt de plant iets meer voor. De bladeren hebben een appelgeur.
Achtergrondinformatie
Oeffelt
Oeffelt is een van de oudste dorpen van de gemeente Land van Cuijk. Oeffelt werd voor het eerst vermeld in een document uit 1075. Hierin was sprake van de naam Uflo. Dit zou een samenvoeging zijn van de Keltische woorden Uffa, water en Ten nederzetting, dus een ‘nederzetting aan de Maas’. Hooilanden langs de Maas en wat verder van de rivier af gelegen weilanden zorgden voor agrarische bedrijvigheid. Op de heide ten westen van het dorp werden schapen gehouden. Hiernaar verwijst de droogscheerdersschaar in het wapen van Oeffelt. De San Salvatorkerk, ook Zoete Naam Jezuskerk genaamd, in 1954 ontworpen en gebouwd door Nico van der Laan is in 2007 tot rijksmonument bestempeld. Het is de opvolger van een kerk die in 1853-1854 was gebouwd als eerste kerk die Pierre Cuypers heeft ontworpen. De toren hiervan werd in 1944 door de Duitsers met springladingen opgeblazen.
Maasheggen
Op 25 juli heeft Unesco de biosfeerstatus verleend aan het Nederlandse gebied de Maasheggen. Het is een speciale erkenning voor dit eeuwenoude cultuurlandschap in de noordelijke Maasvallei. Karakteristiek voor de Maasheggen is dat het landschap is verdeeld in een groot aantal kleine percelen die van elkaar zijn gescheiden door meidoorn- en sleedoornheggen. De meidoornstruiken worden half doorgezaagd en naar de zijkant geleid, zodat de struiken in elkaar groeien, het zogenaamde ‘leggen’. Daar waar gezaagd is, groeien weer nieuwe takken zodat er een heel dichte heg ontstaat. Doordat de heggen zo dicht in elkaar gevlochten zijn, vormen ze een ondoordringbare afscheiding. Ze dienen vooral als perceelscheiding en veekering, maar helpen ook bij het buiten houden van roofdieren. Iedere keer als de uiterwaarden onder water lopen, helpen de heggen bij het opvangen van slib; als het water zich terugtrekt, blijft het slib achter waardoor de bodem in het gebied erg vruchtbaar is.
Veerhuis
Al in de Middeleeuwen werden er gasten ontvangen in de herberg aan de Maas bij het veer van Oeffelt naar Gennep. Ooit was hier het drukste veer van het Land van Cuijk te vinden maar de komst van een verkeersbrug in 1955 maakte hieraan een einde. Op de historische gastenlijst van het hotel-restaurant is onder andere de naam van koningin Wilhelmina terug te vinden. Zij bezocht deze plek in 1944.
De Vilt
De Vilt is een natuurgebied dat zich bevindt tussen Oeffelt en Beugen. Het heeft een oppervlakte van 154 ha en is in het bezit van de Stichting Brabants Landschap. Het gebied omvat een oude Maasbocht die in de eeuwen tussen 1000 v.Chr. en 9000 v. Chr. afgesneden raakte van de stroom en als zodanig uniek is in Noord-Brabant. Andere Maasbochten zijn immers, in de 20e eeuw, langs kunstmatige weg afgesneden. Tegenwoordig zijn er twee waterpartijen : de Kleine Vilt en de Grote Vilt, ook Oeffeltse respectievelijk Beugense Vilt (of kortweg De Vilt) genaamd. Deze wateren werden gevoed door kwel. Het open water is omringd door broekbos en cultuurland, waarbij houtwallen voor de afscheiding tussen de percelen zorgen. De Kleine Vilt is overigens langs kunstmatige weg ontstaan, namelijk als een kleiwinningsput voor een steenfabriek die hier in de eerste helft van de 20e eeuw is opgericht. Aangezien zich in het gebied een veenmoeras vormde besloot men omstreeks 1850 tot vervening over te gaan. Men legde een dam door De Vilt, die de Moerbaan werd genoemd en diende om de moer af te voeren. In 1920 was al het veen afgegraven.
Oeffeltse Raam
De Oeffeltse Raam is een beek die een lengte heeft van 17,5 km en ontspringt aan de noordkant van de Overloonsche Duinen, een dekzandrug die enkele meters hoger ligt dan de gebieden ten noorden ervan. Van hier uit stroomt het water in noordwestelijke richting, parallel aan de Maas. Grote delen van de beek zijn gekanaliseerd. De beek stroomt door het Brestbosch bij Boxmeer, waarna de Oploose Molenbeek erin uit komt. Vervolgens loopt de beek door het natuurgebied Het Vilt, een voormalige Maasarm. De beek loopt langs Oeffelt en komt ten noorden van deze plaats, tegenover Milsbeek, uit in de Maas. Tot 1985 was de bovenloop van de Oeffeltse Raam sterk vervuild. Daarna zijn zuiveringsinstallaties gebouwd, zodat het water weer goed van kwaliteit werd. Men is doende om de hele loop van de beek zodanig te verbeteren dat het een Ecologische Verbindingszone wordt.